DEN BOSCH | NIEUWS | Leerlingen in het voortgezet onderwijs in Den Bosch en omgeving die vanwege problemen (tijdelijk) buiten hun school extra begeleiding nodig hebben, kunnen daarvoor met ingang van dit schooljaar op één locatie terecht.
Het gaat om de trajecten Rebound, YOP, Op de rails en Herstart. Al deze trajecten worden voortaan aangeboden in het gebouw van het Samenwerkingsverband VO De Meierij aan de Hervensebaan in Den Bosch. Rebound en YOP zaten al in dit gebouw, en Op de rails en Herstart komen daar nu bij. Deze laatste twee trajecten werden tot nu door het speciaal onderwijs (SO/VSO De Rietlanden) op een andere locatie verzorgd.
Volgens Lia van Grinsven, directeur van SWV De Meierij, is met de concentratie van de vier trajecten een belangrijke stap gezet in de verdere verbetering van deze voorzieningen. Voor de jongeren die tot de doelgroep van de trajecten behoren (en hun ouders) is het aanbod nu veel overzichtelijker. “We spreken dan ook niet langer van projecten maar van verschillende programmalijnen. Iedere leerling krijgt het aanbod waar op dat moment behoefte aan is. Voor de professionals heeft de bundeling onder meer als voordeel dat beter gebruikt kan worden gemaakt van elkaars expertise.”
Minder bureaucratie
Deze ontwikkeling moet bijdragen aan een verdere stroomlijning van procedures en een vermindering van bureaucratie. Van Grinsven is er zeer over te spreken dat het gelukt is om met alle betrokken organisaties over de eigen schutting heen te springen, in het belang van de leerling. Ze verwacht dat de begeleiding van de betrokken leerlingen daardoor effectiever zal zijn en terugkeer naar de school van herkomst beter gewaarborgd.
Van Grinsven zegt dat alle middelbare scholen in Den Bosch en omgeving inmiddels beter toegerust zijn om leerlingen die, om vaak uiteenlopende redenen probleemgedrag vertonen, beter te begeleiden binnen de eigen school. De belangrijkste verbetering komt doordat Jeugdzorg steeds dichter naar het onderwijs toekomt en bij eerste signalen kind en ouders maar ook de school sneller en directer kan ondersteunen. (Of als de grenzen van de mogelijkheden bereikt zijn, de leerlingen naar een van de vier trajecten of andere vorm van hulpverlening te leiden.)
Minder leerlingen
De versterking van de eerste lijn van zorg- en adviesteams en zorgcoördinatoren moet zich vertalen in een daling van het aantal leerlingen dat in een (Rebound) bovenschools traject belandt. Op jaarbasis zijn er dat nu ongeveer honderd, maar het streven is dat te verlagen naar zestig, aldus Van Grinsven. Dit zou betekenen dat er meer middelen beschikbaar blijven voor de scholen om leerlingen de ondersteuning te bieden die zij nodig hebben.
Om de drempel tot de begeleiding te verlagen wordt een tijdelijke opvang bovenschools (en de vier trajecten op kleinere schaal) ook aangeboden in Boxtel/Schijndel en in Zaltbommel.
De programmalijnen zien er samengevat als volgt uit:
- een basis/observatiegroep voor die leerlingen waarvan nog niet duidelijk is wat de oorzaak is van de ontstane problemen
- een kort verblijfgroep, voor leerlingen die maximaal 3 maanden op de bovenschoolse voorziening verblijven en met hulp van Jeugdzorg en hulp bij het inhalen van leerachterstand, snel de draad weer op kunnen pakken op de eigen school
- de lang verblijfgroep, voor leerlingen die meer dan 3 maanden nodig hebben om gedrag te veranderen en herplaatsbaar te zijn binnen de eigen of een andere school
- de MBO/AKA groep, voor leerlingen die niet meer in staat en gemotiveerd zijn om een vmbo-diploma te halen en die met een Arbeidsmarkt Kwalificerend Assistententraject (AKA) begeleid worden naar werk en het ROC.
Meer over dit onderwerp