COLUMN | Het was een vreemd zijpad dat prof. Wim van de Donk, alias onze Commissaris der Koningin (CdK), insloeg tijdens zijn openingstoespraak van het eerste Brabantse Onderwijscongres.
Hij had het over de digitalisering van het onderwijs en dat toch vooral de rol van de bezielende docent niet uit het oog mocht worden verloren (helemaal waar), toen hij ineens begon over de schoolkluisjes. Dat die maar beter afgeschaft konden worden.
Ik dacht even, dat wil Van de Donk natuurlijk omdat die kluisjes perfecte opslagplaatsen zijn voor drugs, wapens, alcohol, gestolen goed, ongewassen gymspullen of beschimmelde boterhammen. Maar nee, niets van dat al. Die kluisjes moeten weg omdat de leerlingen er hun schoolboeken in opbergen.
Oh, laat ik nou altijd gedacht hebben dat ze daar (ook) voor bedoeld waren.
Wat is de kluisjespraktijk volgens de CdK? Leerlingen gebruiken dat als smoes om thuis geen huiswerk te hoeven maken. Aha! De CdK luchtte kennelijk even zijn hart als bezorgde ouder.
Pa tegen zoon of dochter:
‘Zou het niet verstandig zijn om dat hoofdstuk over staatsrecht uit je geschiedenisboek nog eens door te nemen?´
Zoon of dochter:
‘Kan niet pa, want mijn schoolboeken liggen in mijn kluisje op school. Dat moet’.
Wat het probleem van vader Van de Donk is, is namelijk omgekeerd het probleem van de school.
Docent tegen zoon of dochter Van de Donk:
‘Waarom heb je je geschiedenisboek weer niet bij?’
Zoon of dochter tegen docent:
‘Dat ligt thuis, ik heb gisteren de hele avond zitten leren en ik ben vergeten het in mijn boekentas te stoppen’.
Wat zou de oplossing kunnen zijn?
Twee pakketten schoolboeken, één voor thuis en één voor school. Stel het voor zou ik zeggen, dan staat morgen de Tweede Kamer op haar achterste benen.
Wat meer voor de hand ligt: alle lesmateriaal online zetten. Hoeven de leerlingen noch thuis noch op school met smoesjes aan te komen.
Hoewel, op dat vlak moeten we de vindingrijkheid van onze jeugd niet onderschatten.
Docent tot leerling:
‘Waarom heb je je huiswerk niet gemaakt?
Leerling:
‘Mijn pa heeft de hele avond achter mijn computer gezeten want de zijne was kapot’. Of: ‘De internetverbinding lag er uit, een kabelbreuk in de straat, precies voor onze deur’.