TILBURG | NIEUWS | Het Transferium in Tilburg is nog maar amper aan het nieuwe schooljaar begonnen, of het aantal beschikbare plaatsen is al bijna bezet. Een teken dat het voortgezet onderwijs de weg naar deze nieuwe voorziening al goed weet te vinden, zegt coördinator Alex Laanen.
Eén jaar heeft het Transferium, dat gevestigd is in een vleugel van het voormalige Pauluslyceum aan de Wandelboslaan, er nu opzitten. Tijd voor een tussenbalans. Laanen stelt vast dat het onderwerp van de ‘overbelaste leerling’ nu stevig op de agenda van onderwijs en jeugdzorg staat. Een paar jaar geleden nog was er nauwelijks oog voor leerlingen die, vaak door een complex aan factoren, niet meer te handhaven waren binnen een school. Ze vielen uit, zonder dat er een helpende hand werd toegestoken. Dat gebeurde zowel op vmbo-scholen als op havo en vwo.
De positieve omslag schrijft Laanen mede toe aan het rapport van de commissie Winsemius die in 2009 de problematiek van deze groep jongeren landelijk op overtuigende wijze een gezicht heeft gegeven. Het Transferium is in de regio Tilburg/Waalwijk een concrete uitwerking van een van de aanbevelingen die indertijd zijn gedaan.
Time out
Dat de behoefte aan deze timeout-voorziening groot is laten de cijfers zien. In het eerste jaar verbleven bijna tachtig leerlingen gedurende korte of langere tijd (maximaal drie maanden) in het Transferium om hun leven op school (en thuis) weer op orde te krijgen. En voor het nieuwe jaar draait de club weer op volle toeren. Dat het Transferium naast andere voorzieningen (Rebound, Herstart en Op de Rails) al zo bekend is in het veld, heeft waarschijnlijk met het nieuwe ervan te maken, beseft Laanen. Maar zeker ook door de snelle plaatsingsprocedure en de inzet op de drie leefgebieden: school, thuis en vrije tijd en dat was ook de bedoeling.
Het Transferium is bedoeld voor scholieren in de leeftijd van 12 tot 18 jaar die in een crisissituatie zijn beland en waardoor ze tijdelijk niet in staat zijn om regulier onderwijs te volgen, maar waarvan niet meteen duidelijk is wat de oorzaak van de problematiek is. Er wordt onderzocht wat er aan de hand is en welke aanpak nodig is, maar het onderwijs aan de betrokken leerling loopt gewoon door. Daarmee wordt voorkomen dat er door de interventie een leerachterstand ontstaat.
Preventief
Toch vindt Laanen ook dat er nog een slag te maken is. “Scholen moeten goed beseffen dat zij verantwoordelijk blijven voor hun leerlingen. Het is niet zo dat zij van het probleem af zijn als een crisisleerling hier geplaatst wordt, zij zijn eigenaar van het eindadvies dat Transferium ontwikkeld heeft.” Hij wil daarom dat scholen meer werk maken van het voorkomen van crisissituaties, of in ieder geval in de kiem smoren.
“Wij hebben veel expertise en die willen we graag overbrengen op de docenten. Zij worden immers in de klas geconfronteerd met deze leerlingen. Op een goede manier reageren kan voorkomen dat een kwestie escaleert. Nu is het vaak zo dat een docent zo’n leerling de klas uitzet en weigert hem of haar nog langer toe te laten”.
Veel docenten, zo is de waarneming, nemen te weinig pedagogische ruimte om een crisissituatie te voorkomen en grijpen, uit onmacht, naar repressieve maatregelen. “Wij willen dit jaar de mogelijkheden onderzoeken om voorzorg te kunnen leveren. Nazorg voor leerlingen die na transferium terugstromen in regulier onderwijs wordt dit school jaar al inzetbaar.”
Doorzettingsmacht
Hoewel over het algemeen tevreden over de voortgang van het project (dat overigens vooralsnog over drie jaar ophoudt), heeft hij nog een nadrukkelijke wens. “Leerlingen krijgen na hun verblijf in het Transferium een advies over hoe nu verder. Dat kan ook inhouden de overstap naar een andere school omdat de betrokken leerling daar beter op zijn plek is. Helaas bepaalt die school of ze de leerling aanneemt, wij missen wat dat betreft de doorzettingsmacht. Dat zou moeten veranderen.”