TILBURG | NIEUWS | Het bestuur van vereniging Ons Middelbaar Onderwijs (OMO) heeft op 27 november , als eerste organisatie in het voortgezet onderwijs, het charter ‘Talent naar de Top’ ondertekend.
Met deze samenwerking onderstreept OMO haar streven om een werkgever te zijn met de juiste mix van talenten in de top van het onderwijs. Het charter is een initiatief van de gelijknamige stichting die beoogt om een evenwichtige verdeling van vrouwen en mannen in topfuncties te realiseren. De Universiteit van Tilburg tekende in 2009 het charter, Avans Hogeschool vorig jaar.
Diversiteit in het management zorgt aantoonbaar voor beter doordachte beslissingen en betere financiële resultaten. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat organisaties met mannen én vrouwen aan de top gemiddeld genomen beter presteren.
Bestuursvoorzitter Eugène Bernard: ”Het personeel in topfuncties is idealiter een mooie afspiegeling van het totale personeelsbestand. OMO laat daarin de laatste jaren een stijgende lijn zien. Zo is het aantal vrouwen in de functie van schoolleider bij OMO-scholen sinds 2010 gestegen van 18% naar 33%. Toch blijft het in de toekomst een uitdaging om te voldoen aan de vraag naar goede schoolleiders en management.”
• Bestuursvoorzitter Eugène Bernard en Sandra Lutchman, directeur van de Stichting Talent naar de Top, ondertekenen het charter. Onder toeziend oog van de rectoren (m/v).
Stijgende lijn
Door de charterondertekening gaat vereniging OMO een samenwerking aan met Stichting Talent naar de Top. De stichting biedt OMO advies en ondersteuning (kennis en beleidsinstrumenten) op het gebied van m/v-diversiteit, zodat OMO de stijgende lijn vast kan houden tot een verhouding die overeenkomt met de populatie van de vereniging.
De ondertekening van het charter vormt het startpunt voor het opstellen van een concreet diversiteitsbeleid voor vereniging OMO. Daarin worden de doelstellingen, de streefwaarden en de te nemen stappen beschreven die nodig zijn om talent aan te trekken, te behouden en verder te ontwikkelen.
De Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) heeft het charter nog niet ondertekend maar voert wel beleid om ook vrouwen in de hoogste wetenschappelijke functies te krijgen. De TU/e werkt daarvoor met een Women in Science Tenure Track. Via dit programma krijgen jaarlijks drie tot vijf vrouwelijk wetenschappelijke talenten de kans om zich in zes jaar te ontwikkelen tot universitair hoofddocent (UHD).
_________________________________________________________________________
Vrouwen in de leiding*
• Primair onderwijs: Ongeveer 82% van het personeel is vrouw; 40% had in 2011 een directiefunctie. In 2002 was dat 18%.
• Voortgezet onderwijs: Ongeveer 45% van het personeel is vrouw; 28% had in 2011 een managementfunctie. In 2002 was dat 15%.
• Middelbaar beroepsonderwijs: Ongeveer 45% van het personeel is vrouw; 37% had in 2011 een managementfunctie. In 2002 was dat 30%.
• Hoger beroepsonderwijs: Ongeveer 50% van het personeel was in 2010 vrouw. Niet bekend is hoeveel er een managementfunctie hadden. Wel hoe de verhouding man/vrouw is bij de functies in salarisschaal 13 of hoger: respectievelijk 67.5% en 32.5%. In 2002 lag het percentage bij de vrouwen op 25%.
• Universitair onderwijs: Ongeveer 43% van het personeel (hoogleraren, wetenschappelijk personeel, docenten) was in 2010 vrouw. Echter het percentage vrouwelijke hoogleraren bedroeg slecht 13%. In 2002 was dat 8%.
*) Op basis van fte
Ook in de raden van toezicht in het onderwijs zijn vrouwen ondervertegenwoordigd. De Tilburgse hoogleraar Rienk Goodijk, gespecialiseerd in governance, schat het percentage op 25 à 30.
[Bron: CBS/OCW]