TILBURG | NIEUWS | Sinds de jaren tachtig hebben bestuurders in het onderwijs meer ruimte gekregen om zelf het beleid uit te stippelen. De overheid deed een stapje terug. Echter, dat grotere bestuurlijke speelvlak heeft vooral betrekking op beheer en organisatie. Maar als het gaat om het onderwijs zelf is er sprake van een beperking van de invloed.
Dat is de strekking van de rede die prof. dr. Edith Hooge tijdens haar installatie als hoogleraar ‘Multi-level governance van onderwijsorganisaties’, vrijdag 21 juni. Deze bijzondere leerstoel is verbonden aan het Centrum voor het Bestuur van de Maatschappelijke Onderneming (CBMO) van TiasNimbas Business School van de Universiteit van Tilburg.
Onderwijsbestuurders staan de laatste jaren volop in de schijnwerpers van publiek enb samenleving. Het inzicht is ontstaan dat de kwaliteit van het onderwijsbestuur gevolgen heeft voor de onderwijskwaliteit. Onderwijsbestuurders worden bijvoorbeeld afgerekend op het behalen van minimum leerresultaten.
Laag vertrouwen
Tegelijkertijd is het vertrouwen in het bestuurlijk vermogen en de integriteit van onderwijsbestuurders lager dan ooit, mede vanwege incidenten zoals bij BOOR, Amarantis, INHolland en de VU. Politiek en samenleving zoeken daarom steeds meer naar meetbare resultaten om de kwaliteit van het onderwijs te kunnen bepalen, aldus Hooge.
Maar onderwijsorganisaties zijn beperkt bestuurbaar, stelt Hooge. Het besturen van onderwijs is een heel indirect, onvolkomen en moeilijk beheersbaar proces.
Onderwijsbestuur is geen kwestie van aan de juiste knoppen draaien. Daarom zou onderwijsbestuur moeten aansluiten bij de kennis, ervaring en inzichten van diegenen die worden bestuurd: leraren, hun leidinggevenden, leerlingen, ouders en andere lokale betrokkenen bij onderwijs. Hiertoe moet zoveel mogelijk autonomie, professionele ruimte en eigen verantwoordelijkheid bij de bestuurders van de onderwijsinstelling worden belegd.
Mythe doorprikken
Door de mythe van de bestuurbare onderwijsorganisatie door te prikken staat de weg open voor de zoektocht naar een meer realistisch en vruchtbaar perspectief op onderwijsbestuur. Hooge zal zich de komende jaren buigen over de vraag hoe besturing van autonomie vorm krijgt of kan krijgen in het onderwijs.
Prof.dr. Edith Hooge is bijzonder hoogleraar ‘Multi-level governance of educational organisations’. Daarnaast is zij senior adviseur bij BMC advies en richt zich op de ontwikkeling en verbetering van strategieën en structuren voor goed onderwijsbestuur en van gedragsrepertoire van onderwijsbestuurders. Eerder was zij onder meer lector aan Avans Hogeschool.
[Bron: persbericht]