EINDHOVEN | ACHTERGROND | Het beleid van de overheid is de laatste jaren gericht op het terugdringen van de uitval in het hoger onderwijs. De juiste student op de juiste plek is het motto. Voor een vwo’er kan dat een hbo-opleiding zijn, in plaats van een universitaire studie. Vooral voor de vwo’ers die niet zoveel op heeft met academische denken is het hbo een goed alternatief.
Het Nederlandse onderwijssysteem is zo ingericht dat wie van de havo (of het mbo) komt een studie aan een hogeschool gaat volgen. En voor een scholier met vwo-diploma leidt de route naar de universiteit. Maar is dit voorsorteren wel zo vanzelfsprekend? Is een universitaire studie een logisch vervolg op een vwo-diploma? “De maatschappij ziet dat vaak nog wel zo. Alsof je kansen laat lopen als je als vwo’er voor het hbo kiest.
Maar is een kentering gaande. Er is meer begrip bij ouders en in het voortgezet onderwijs voor de vwo’er die zich bewust inschrijft voor een opleiding aan een hogeschool”, zegt Rosemarie Moonen, consultant bij de Dienst Marketing en Communicatie van Fontys Hogescholen. “En die ontwikkeling juichen wij toe, want die past in ons beleid van de juiste student op de juiste plek.”
Te lang is het studiekeuzeproces gedomineerd door het binaire stelsel (universiteiten en hogescholen), dat was het vertrekpunt. Nu staat de student zelf centraal. En gaat het om vragen als: wat heeft hij in zijn mars, hoe is zijn studiehouding, waar liggen zijn interesses, wat zijn zijn persoonlijkheidskenmerken, is het een doener of toch meer een denker? Een vwo’er die graag zijn tanden zet in theoretische vraagstukken komt in een academische omgeving het best tot zijn recht. Maar de vwo’er die enthousiast wordt van het toepassen van praktische kennis gedijt waarschijnlijk beter op een hbo-opleiding.
Dat de ene vwo’er niet de andere is, weten ze sinds jaar en dag al op de TU/e. Een deel van de scholieren verkijkt zich op het feit dat het een technische universiteit is, en komt er gaandeweg achter dat de opleiding van een hoog abstract gehalte is. Uitval is het gevolg, en dat laat de betrokken student niet onberoerd. Hij of zij heeft het gevoel gefaald te hebben. Fontys en de TU/e hebben de handen ineen geslagen om te voorkomen dat studenten op deze manier kopje onder gaan.
Beeldvorming
“Dat begint met de beeldvorming”, zegt consultant Moonen. “We geven als Fontys en TU gezamenlijk voorlichting op middelbare scholen. We willen vwo’ers laten zien dat de ene opleiding niet minder is dan de andere. Wel dat ze anders zijn. En we proberen die boodschap ook aan de studiedecanen mee te geven, dat ze hun leerlingen wijzen op beide opties. Vaak gaat de voorlichting alleen over universitaire studies.” De samenwerking is er verder op gericht dat uitvallers op de TU/e soepel instromen bij Fontys.
Maar er ligt ook een opdracht aan het hbo om de opleidingen uitdagender te maken voor de betere student. En dat hoeft niet alleen een vwo’er te zijn, maar dat kan ook een goede havist of mbo’er zijn. Om die categorie tegemoet te komen worden er verschillende varianten ontwikkeld. Meer ruimte voor zelfstandigheid, een stevig opgetuigd programma. Een verkorte propedeuse of de mogelijkheid om in drie jaar, in plaats van vier jaar, de hbo-studie te doen. Een andere optie is het aanbieden van vakken op universitair niveau.
[Dit artikel is eerder verschenen in de onderwijsbijlage van het Brabants Dagblad en het Eindhovens Dagblad, maart 2014]
________________________________________________________________________
Cijfers 2014
Bij Fontys komt nu ongeveer 10 procent van de studenten van het vwo. De NHTV in Breda biedt ook 3-jarige trajecten voor vwo’ers aan. Het beleid van NHTV is om binnen enkele jaren 15% instroom uit het vwo te hebben. Bij Avans heeft ongeveer 9% van alle studenten een vwo-achtergrond; er zijn geen speciale hbo-trajecten voor vwo’ers.Cijfers HAS niet bekend.
________________________________________________________________________
Rector TU/e over vwo’ers
Is het vanzelfsprekend dat een vwo’er naar de universiteit gaat?
“Nee, je kunt ook naar een hogeschool gaan en voor een goede
beroepsopleiding kiezen. Daar is niks mis mee. Niet iedere vwo’er is geschikt
voor een universitaire studie. Je moet een bepaalde studiehouding hebben,
openstaan voor een academische mentaliteit. Als je dat niet in je hebt dan ben
je als vwo’er echt geen loser. Je kiest een andere route, ook
prima.”
[Bron: interview met rector prof. Hans van Duijn, 2013]