Beroep: Onderwijs | Aflevering 2.24
COLUMN | Veel vmbo’ers die de theoretische leerweg volgen (en dat is het grote stuwmeer vol toekomstige roc’ers) denken aan het ROC als een voortzetting van hun huidige school: een en al theorie. gewoon weer een school, de volgende fase (gaap) in hun schoolloopbaan (gaap).
Dat is niet terecht, volgens ons van het ROC, maar hoe fiets je hen dat aan het (puber-)verstand? Gewoon laten zien werkt het beste, blijkt. Je kunt wel voor zo’n klas gaan staan, in hun eigen vmbo-habitat, en zeggen dat het bij ons leuker is, en praktischer, dat er van alles gebeurt, maar ach, dan ben je gewoon de zoveelste volwassene (gaap) in het rijtje van die dag die probeert hen iets te vertellen waarvan ze niet weten of ze het willen weten.
Wij (ik) leiden dus vaak vmbo’ers rond door de techniekzalen van het ROC op Stappegoor, gewoon, om te laten zien dat het bij ons anders is. Niet eens noodzakelijk leuker, maar wel: anders. Vorige maand: de derdejaars leerlingen van Mill Hill. Leuke groepen, gemengd, dat is ook meteen een stuk gezelliger, een stel van die melige grieten erbij die ook oog hebben voor het feit dat er wel erg veel jongens zitten, bij techniek.
In de mechatronica-zaal wordt de rondleiding altijd even spannend, voor mij, want daar staat een mini-uitvoering van een kermisattractie, geheel gemaakt door onze mechatronica-studenten bij wijze van afstudeerproject, en die zet ik dan aan – en dat is even spannend want hij doet het niet altijd. Soms staat er geen spanning op en ik ga natuurlijk niet liggen prutsen aan de zekeringen in het praktijklokaal, dus dan doet ie het gewoon niet en daar leg ik mij bij neer.
Maar jawel, gelukkig, voor de Mill-Hillers springt hij aan: licht, geluid, beweging! Iedereen blij (ik niet het minst) en wij weer verder. Bij het doorkruisen van de school kom ik natuurlijk voortdurend bekende collega’s tegen. Vaak groet ik die en vaak groeten zij terug en dat groepje meiden van Mill Hill pikt dat snel op. Dus wat gebeurt? We lopen met de hele bubs de trap af en daar komt Walter ons tegemoet.
‘Hallo Walter’, zeg ik vriendelijk.
“Hallo Walter”, klinken dan zes meisjesstemmen achter mij, meerstemmig maar keurig in koor.
Walter moet er van blozen.
Bij het nabespreken van de kennismaking vraag ik wat het verschil is met wat ze verwacht hadden, van het ROC.
‘Minder saai dan ik dacht’, is het meest gegeven antwoord.
En: ‘Leuk veel jongens’, mompelt een meisje vanuit de achterhoede.
> Lees hier de vorige aflevering